Ik kijk uit ’t raam en zie daar staan,
Daar verderop hoog in de boom
Een rijtje kraaien, in een ronde boog
Alsof zij huiverend zijn en bidden gaan.
‘t Is januari, kil en koud en grijs
En ’t raam staat al genoemd, vooraan.
Toen ik het zemen moest omdat de zon
Zo duidelijk het vuil niet aan
de blik onttrekken kon, de hand
met zeem, de rand van ’t raam.
De kraaien in het takgewelf
staan doodstil in de winterkou.
Het wordt weer lente, het wordt tijd
Dat ik de ramen weer eens zeem.
Uit het raam achter
De bovenkant der boom tegen een blauwe lucht.
De onderkant steekt tegen paarsrode wolk af.
Het lichte groen begint maar in ’t staketsel zucht
De lentewind die fluistert en beweegt de takken licht.
Je ziet de vogels nu veel beter dan in mei
Als ’t groen de boom haar aanzien geeft
En niet de wolk die haar nu nog omgeeft
Door takken drijft. Hoe mooi, kijk naar die rij
Van eksters in de boom daar boven in.
Vanuit je bed zie je ze nog en hebt geen zin
Om nu al op te staan. Kijk eens, ze gaan
Op drift, ze fladderen met hun lange staarten.
Onhandig en je ziet ze bijna vallen maar
Daar heeft natuur een stokje voor gestoken.
Uit het raam voor
Je denkt dat je de wereld kent, maar kijk eens uit het raam.
Daar staan in het plantsoentje enk’le heesters, struiken Ze gaan
met je gedachten aan de loop; die hulst met rode bessen
ken je wel, maar even verderop met roestbruin rode blaren?
’t Is herfst, even die gedachte maar bewaren,
Wanneer zij staat met takken naakt in wintertooi.
En op de stoep daar liggen grote bladeren van, ja waarvan?
In het plantsoentje is een rustplaats neergezet, een bankje
overdekt met een begroeid staketsel van wat balken.
Dan peins ik weer: ‘Is balken hier het juiste woord?’ Welnee!
Een balk is dikker. Hoe dit prieeltje, wat het eigenlijk niet is,
beschrijven? O wist ik maar de juiste woorden.
Een rij van vogels, hoog in de grijze lucht, de flat voorbij,
zwart tegen wolkenlicht. Je zucht, want weet hun namen niet.
Is dat belangrijk? Geniet toch van hun verre tocht. Is die zo ver?
Je weet het niet. Die melodie die je vanmorgen hoorde
was nieuw maar had toch wel bekende klanken
Wie kan me vertellen, was het een Beatlelied of niet?
En dan van dat prieeltje? Zijn het druivenbladeren?
Ranken die daar? Klinkt beter bij prieel.
Heel de wereld is vervuld van namen.
Latten. Zou dat het benaderen? Die het
takgewelf dragen; schragen, Toch een
…………………. timmerman eens vragen.