Coco en Saar even in mijn leven
Je hoort het al lezer, twee katten
Eén schuchter, de ander aanhalig
Als je ze aaide, snorden zij zalig.
Ik dacht, ze houden van mij.
Maar dat viel wat tegen, bij tijden
Waren ze weg en ze schenen te mijden,
Dan, dat ik hen aaide.
Gedomesticeerde katten zijn toch nog wel vrij.
De vis die ik ’s ochtends van eten voorzag
Het waren wat pillen, die lag
Altijd doodstil en ik dacht
Zwom ze maar buiten, desnoods in de gracht.
Leuk gedicht om te lezen, zo uit het dagelijks gebeuren!