Sardana en Gaudi
dringen je wolken door.
Schieten hemelhoog.
Hoe namen vermijden?
Droog weer vandaag
en op de Ramblas
gaat de paseo maar door.
Door Barça klinkt
uit stadion en ovaal.
schieten de stemmen
per duizend naar boven.
In de oven van hemel
of is daarboven de hel?
Bedoelen zul je
de ruige wilde kust,
daaronder de stranden
van Sitges en verder,
die likken aan Ebro.
Stad met bijtende wonden,
vreedzame scheepjes.
Santa María en Ave María,
waar in straatjes smal
kathedraal zich verbergt,
je derft al te lang
de paarden der zee
uit liefde geslagen.
Laat als de andere steden
aan ’t water gelegen,
de bassen van walkant,
sopranen ontmoeten.
Teken de heuvels,
leg in je straten
schaduwen neer.
En ’s avonds laat,
schemering valt
van Montjuich,
daalt een man.
Eenzaam een vrouw
komt naar beneden.
Schaterend licht kaatst,
een gezicht neonwit,
geel lamplicht ontwaakt.
De stad raakt
vervuld van de nacht.
uit: Spaanse gedichten, door W.L. Becker
foto Parc Güell, Antoni Gaudi