DE OORSPRONG VAN DE MENS
Dat was vroeger een eenvoudige kwestie en werd door de godsdiensten beantwoord. De mens was door God geschapen alhoewel die God er in de verschillende Culturen wel heel VERSCHILLEND uitzag’. Daar zou veel over te zeggen zijn maar we gaan er verder niet op in. Nu goed, je hebt het Christendom waar God er gewoon in Genesis is en de aarde in zeven dagen schept. Een mooi verhaal dat bij de jeugd niet zo erg bekend meer is. De eerste dag, etc.:
‘In den beginne schiep God de hemel en de aarde. De aarde nu was woest en ledig, en duisternis lag op den vloed, en de Geest Gods zweefde over de wateren.’
Maar verder gaan we er dus niet op in. Alhoewel het begin van Genesis een prachtig verhaal is en alleen al om mijn moeder te herdenken zal ik uit haar bijbel nog iets uit het mooie verhaal van Genesis citeren. Alhoewel ze, liefdevol, meer van het nieuwe testament was.
‘En God zeide; er zij licht; en er was licht. En God zag, dat het licht goed was, en God maakte scheiding tussen het licht en de duisternis. En God noemde het licht dag, en de duisternis noemde Hij nacht. Toen was het avond geweest en het was morgen geweest; de eerste dag.’ En in Genesis, vers 26, staat dan: En God zeide: Laat Ons mensen maken naar ons beeld, als onze gelijkenis, opdat zij heersen over de vissen der zee en over het gevogelte des hemels en over het vee en over de gehele aarde en over al het kruipend gedierte dat over de aarde kruipt.’ Okay, okay, maar ’t geeft ondertussen wel te denken. Soit!
Hoewel het ook wel interessant zou zijn om de oorsprong van de mens te zoeken in de Bhagavad Gita van de Hindoes of de boeken van de Maya’s zou dit alles ons veel te ver voeren, want alle stammen hebben hun eigen religie en de Islamieten beweren ook de waarheid in pacht te hebben, hetgeen ik niet geloof maar allee, zo denken vele Mohammedanen er toch over. Dus ’t zou ons veel te ver voeren daarop in te gaan maar we maken een uitzondering voor de Yoruba omdat Zwaan nu eenmaal in hun land, nu een streek in Nigeria, heeft gewoond.
Dus over hetgeen de Yoruba’s er over denken willen we hierbij wel vertellen omdat we het nu eenmaal over Nigeria hebben, een land dat bijna 25 keer Nederland is met 170 miljoen inwoners. Dus minder dicht bevolkt dan bij ons maar ondertussen met een hoofdstad van vele miljoenen, laten we zeggen x-miljoen, want we vertrouwen de volkstellingen in Nigeria niet helemaal.
Zouden ze nu precies weten hoeveel mensen er in die krottenwijken aan de rand van de stad wonen waar het geboortecijfer hoog is en er nog iedere dag arme boeren van het platteland toestromen? Zoals trouwens in veel landen want hoewel Nigeria een interessant en uniek land is zijn er meer landen uniek en toch ook weer hetzelfde..
Daarom, om eerlijk te zijn, want die sloppenbewoners stromen ook weer door over de Middellandse zee – evenals de armere groepen die er net boven zitten – meen ik dat … Maar hoo! Stop! Beheers je en spring niet van het een naar het ander.
En natuurlijk snel ik nu naar de boekenkast om de Popol Vuh van de Maya te zoeken omdat ik me herinner dat die zo’n interessante kleurrijke ontstaansgeschiedenis hebben maar kan dat boekje, want er jarenlang niet mee bezig geweest, niet vinden – waar is het verdorie? – en loop dan tegen een brochure van J. Heyink aan ; ‘Dr Herman F.C. ten Kate en de Apache Indianen’’, en laten we hier dan maar eens in kijken hoe de Apache Indianen de oorsprong van de mens beschouwden. Je weet wel, de Apaches van Winnetou en Old Shatterhand . Hoe zat dat ook weer?
` Maar ’t is een kleine brochure en allemachtig, die dr. Herman ten Cate was een interessante wereldreiziger, maar over de religie van de Apaches staat er niets in, behalve; ‘Toch houden de indianen vast aan de oude stamceremoniën, o.a. aan puberteitsfeest voor de meisjes, de Gan-dansers (vroeger Duiveldansers genoemd), enzovoort, en trachten de Indianen hun geloof in Usen, de Grote Geest, samen te laten gaan met het hun geleerde geloof in de blanke god.’
Gisteren overigens wandelde ik nog met Zwaan over de grote begraafplaats bij de Daalseweg in het Oosten van de provinciestad N. en daar, lopend langs de half-weggezakte zerken, de oude familiegraven, de bemoste stenen onder de beuken, berken, coniferen, kromme jeneverbesstruiken, wordt je toch wel overvallen door religieuze gevoelens en een soort wanhoopsgevoel. Of eeuwigheidsgevoel. Of bizarre gewaarwordingen. ‘Je noemt het maar’, zegt Zwaan die overigens helemaal verslaafd is geraakt aan wandelen, dan weer hier, dan weer daar, dan weer op een begraafplaats waar de vogeltjes kwinkeleren en zegt: ‘Dan vergeet ik mijn zorgen.’ Alsof hij zorgen heeft met zijn paardenstal, z’n Bugatti, z’n villa en z’n zorgzame en lieve en knappe vrouw.
-‘Kijk’ en hij wijst me op een oude steen met Memento Mori en enkele namen; ‘daar ligt nog verre familie van mij. Was aannemer hier ter stede. De man van de zuster van mijn grootmoeder. Aangetrouwd dus, maar toch! Zijn kinderen waren dus neven van, even zien ……….’, en hij begint te piekeren en komt er niet direct uit. ‘Hoe zit dat?’ Ja wacht eens, wat is de oorsprong van de mens en we zijn in ieder geval allemaal broeders en zusters.
‘Alle Menschen werden Brüder’, dat is ’t Volkslied van Europa en er zit een grond van waarheid in alhoewel hier kortgeleden in Europa, en ik denk vooral aan de slachtingen bij de IJzer en de Marne, bij de Somme en Verdun, de broers elkaar de hersens insloegen en bij honderdduizenden sneuvelden in de loopgraven, etc. etc.; vul dit zelf verder maar in. En er schijnen nu enkele economen bij het IMF, Het Internationale Monetaire Fonds , beweerd te hebben dat er te weinig mensen naar Europa komen, de vergrijzing, maar waar praten die lui over. Ik bedoel, hoeveel kan de aarde aan en de mens is – ook, ook – een agressief wezen met belangen en naar mijn mening zou wat minder eigenlijk beter zijn zodat er ruimte voor ontplooiing over blijft. ‘Al die massa’s moeten gereguleerd worden . Begrijp je’, zeg ik. Maar Zwanikken kijkt me treurig aan en zegt : ‘Ouwehoer niet!’
Hoe zit het ondertussen bij de Yoruba. Hoe zien (of zagen, want zijn ondertussen misschien wel bekeerd. Mohammedaan of Christen geworden, god beware, dat vraagt om moeilijkheden die je momenteel dan ook veel in Nigeria ziet), hoe zien de Yoruba de oorsprong van de mens? Daar gaat-ie:
‘Bij de Yoruba heb je een hemelgod Olorun die aan Obatala, dat is zijn oudste zoon, de opdracht geeft om de beschaafde wereld te scheppen Hij moet zand op de modderige oerwateren storten. Die Olorun is dus de oppergod, maar hij laat ’t werk vooral over aan lagere hemelgoden, die orisha’s heten, een soort zonen van hem.
Nou, die Obatala wordt dronken en ’t lukt hem niet zijn scheppingsopdracht uit te voeren en dan neemt zijn jongere broer Odudua stiekem zijn plaats in en strooit het zand op de oerwateren zodat op de modder vaste grond ontstaat.’
‘Ah’, reageer ik’eerst water dan grond, ’t lijkt Genesis wel.’ ‘-Je zegt het, je lijkt wel een theoloog. Dan sticht Odudua de eerste menselijke samenleving. De stad Ife, waarvan hij koning wordt, bestaat nog. ’t Begin van de mensheid ligt daar. En van daaruit stichten zijn zonen de andere Yoruba-staten.’
‘Mooi verhaal’ zeg ik. ‘En stel je voor, zo zijn er tientallen scheppingsverhalen.’
Cultus van tweelingen
Bovenstaande tekst lezen we, de schrijver en de website-deskundige, in het Afrikamuseum en wel bij een schilderij van de betreffende schilder, over wie we hierboven een tekst opnemen en wel opdat jij, lezer, dan ook eens een Afrikaanse kunstenaar leert kennen. Want laten we eerlijk zijn, daarvan kennen we er niet zoveel. Daarbij komt dat tweelingen, ibeji, vanouds een belangrijke positie binnen de Yorubacultuur innemen. Hoewel er veel tweelingen geboren worden sterft er vaak een (of beiden) vroeg en welke plaats moeten ze dan bij de voorouders innemen? Er hangt iets onzekers rondom dit verschijnsel.
Ach kennen wij bij het katholicisme niet het verschijnsel van het ongedoopte zieltje? Met treurigheid in het hart zie ik nu voor ogen hoe zo’n kindje in een klein kistje, gevolgd door een armoedige stoet, ver van de grote stad maar wel op een asfaltweg, in een ver land ter aarde wordt gedragen. Een verloren zieltje.
Maar alvorens verder te gaan vermelden we nog even dat de website-fotograaf
met het opnemen van een foto van het schilderij ‘A fluter with a strange, unseen ghost’, enige moeite had en wel vanwege de schaduweffecten die erop staan. Het licht viel niet erg goed bij het nemen van de foto, maar de schrijver wuifde deze bezwaren weg omdat hij nu eenmaal een beetje slordig is en dergelijke details minder belangrijk vindt. Maar ook dit, en zo gaat ’t vaak in het leven, is weer goed gekomen.
Bij de Yoruba in Nigeria en Benin zijn tweelingen van oudsher zeer belangrijk omdat men er bovendien van uitgaat dat zij een gedeelde ziel hebben. Wanneer één van de twee sterft, hetgeen op jonge leeftijd veel gebeurt, wordt er een beeldje gemaakt dat de moeder met zich meedraagt, voedsel geeft, kortom verzorgd. Anders zou immers, dat spreekt vanzelf, de eenheid van de gedeelde ziel verbroken worden. Trouwens tweelingen vertegenwoordigen sowieso veel kracht in de spirituele wereld en beschermen de familie. Je ziet dan ook veel beeldjes, ere-ibeji, van tweelingen. Regionaal in verscheidene stijlen en herkenbaar aan andere vormen van het kapsel, de ogen, de oren en de stand van de handen. Soms met kralen of kaurischelpen versierd, als ’t om een rijkere familie ging.
Ach lezers, daarover willen we niet teveel uitweiden, want het zou ons te ver voeren en we weten helemaal niet hoe het vandaag de dag met een en ander is gesteld, nu oude culturen en gewoonten immers als sneeuw voor de zon verdwijnen in onze globale wereld en ook Zwaan is maar weinig op de hoogte van deze zaken en toen we het te berde brachten zei hij alleen maar: ‘’ Die musea vertonen een verdwijnend Afrika en geloof toch niet alles wat je daar ziet. Ik heb nog wel wat van die beeldjes en zal eens informeren wat ze waard zijn want ’t zijn verzamelartefacten en ze nemen constant in waarde toe.’
Overwegingen
Ach, eigenlijk verschijnt Avonturen in Nigeria niet als feuilleton, want dan zou het in een krant of tijdschrift moeten staan en regelmatig verschijnen.
Maar omdat wij het ook in stukken achter elkaar laten verschijnen lijkt het er toch verdacht veel op. Vroeger kwamen boeken op deze manier wel uit en zo verscheen bij voorbeeld van Herman Heijermans, …………………. . Nu ja, dat ben ik vergeten maar veel van zijn hand verscheen eerst in de krant, tot zijn Falklandjes aan toe. Niet vergeten van Heijermans, De Wijze Kater en het toneelstuk Op Hoop van Zegen. ‘De vis wordt duur betaald’. Eeuwige woorden van Kniertje. Veel van Couperus in de krant Het Vaderland. The Old Curiosity Shop van Dickens verscheen ook eerst in feuilleton.
Naast Geheimzinnig Landschap, dat reeds klaar is, afgewerkt, gereed, zullen wij een poging wagen om een websitefeuilleton te scheppen, grillig en onregelmatig verschijnend zomaar uit het losse vuistje.
De naam? Wel die komt later wel en wordt door de inhoud bepaald die we nog niet kennen. Voorlopig hebben we het ‘Avonturen in Nigeria’ genoemd en eerlijk gezegd begint die naam ons meer en meer te bevallen, dus een grote kans dat we die handhaven. En natuurlijk kun je andere namen verzinnen en al naar gelang je vordert dringen die zich ook wel op. Bij voorbeeld: ‘Het geheim van Zwaan’. Maar dan zullen we zijn geheim eerst nog moeten ontdekken.
Veelal, vermoed ik zo, worden boeken pas aan het eind van een definitieve titel voorzien en ’t is zelfs zo dat de uitgever hierbij dan het laatste woord heeft. Die weet immers wat het publiek wil horen. Welke naam misschien goed in de markt ligt. Wij zijn ondertussen vooral benieuwd of het zal lukken, om dit boek tot een goed einde te brengen. Tot nu toe ging het wel, maar er zal toch een diepere zin, een tragische problematiek, een medemenselijke noot te voorschijn moeten komen wil het bevredigend zijn. Onlangs zagen we voor het eerst van ons leven hoe een ballon werd opgeblazen, zie maar op blz. 4 , en het mandje met enkele passagiers vertrok en dit lijkt een aardige gebeurtenis om onze roman mee voort te zetten.
Nadat die ballon was opgestegen, steeg ze naar grote hoogte en ineens zagen wij, het publiek dat in het Goffertpark in de provinciestad N. toegekeken had hoe de ballon langzaam van de weide losraakte op deze windloze dag, onder ’t zwerk waar de heer Zwanikken met zijn vrouw zich bevond, hoe er een steekvlam uit de brander schoot die de ballon in lichterlaaie zette , waarna de mand met inzittenden recht naar beneden stortte en iets verder in een bosje neersmakte. Met ontzetting geslagen heerste er een moment doodse stilte waarna…, maar nee, zoiets gebeurde helemaal niet en ’t maakt dit feuilleton niet beter. Eerder, door een dergelijke onwaarschijnlijke gebeurtenis, die bij tijd en wijle natuurlijk wel kan gebeuren, verzwakt het dit verhaal dat niet de sensatie van het krantenbericht zoekt, maar existentiële gebeurtenissen als doorleefd verdriet en vreugde wil beschrijven. Waarmee we weer even verder kunnen en de hoofdlijn, noem het de ontwikkeling van een plot, weer te pakken hebben.
‘Wie is die Fawcett’ uit de Amazone ?’ Vraagt Minouche, die in een boek bladert, ineens.
‘Weet ik veel’, reageer ik een beetje nors want wordt door een mug gestoken om eraan toe te voegen: ‘Een ontdekkingsreiziger die verdween’ en daar zit Zwaan al te turen op zijn website want de wereld is de laatste tien jaar sterk veranderd en je kunt alles opvragen. ‘Met één of twee t’s’, vraagt-ie. –‘Twee geloof ik’ en daar komt hij al met een antwoord. ‘Percy Fawcett. Geboren in Torquai. In 1925 of daaromtrent verdwenen in de Amazone.’ Nu lezer, dat hoeven we hier op deze hete middag op dat terras van Zwanikken niet allemaal te gaan vertellen, want je zoekt ‘t zelf maar op je laptop op. Of binnen op de PC. Allemachtig, wat zijn we lui en we hangen in de hangmatten die Zwaan tussen de palmen heeft gehangen want hij bootst de tropen bij langdurige hitte graag na. Vanavond komen er allemaal lui langs en houden we een barbecue. Zijn zomerfeestjes zijn bekend en lopen nogal eens uit de hand omdat hij er een paar cocottes uit de buurt bij inhuurt, nette dames met een verleden. Afrikaanse dansers ook en de hele omgeving, ga maar eens luisteren, wordt dan beheerst door de Afrikaanse tamtam. Als dat niet existentieel is.
‘Ik heb een naam hoog te houden’, beweert hij maar ’t is ook een boel opschepperij, want hij gedraagt zich als een heer terwijl om hem heen de jongelui die zijn uitgenodigd en de oudere gasten die ook zijn uitgenodigd er een hitsige nacht van maken en langzaam naar de gastenkamers of in de bosjes verdwijnen. ’t Valt allemaal wel mee, deze dingen worden altijd zo overdreven.
’t Woord bachanaal wordt veel te snel in de mond genomen maar er heerst wel een libertaire geest terwijl de avond voortschrijdt. ‘’t Is niks vergeleken bij Lagos’, mompelt Zwaan en laten we die avond waarover ik het hier heb maar gauw vergeten want her en der liep ’t ook uit de hand.
Burengerucht, geschreeuw, kapotte flessen, ruzie en neukerij is nu ook niet direct iets om trots op te zijn. God mag trouwens weten wat er ook opbloeit en welke problemen er worden opgelost. Een leuk stel vertelde me later dat zij elkaar op die avond hebben leren kennen. Zelf heb ik er ook goede herinneringen aan.
Er werd nog een oude oorlogsdans van de oorlogsgod Shango uitgevoerd met gruwelijke maskers en krijgsgeschreeuw. Ah, de rhytmes van Xango. De maan stond vol en helder aan de hemel en in de bosjes sjirpten de krekels. Enkele meiden dansten naakt op de tafels. Twee travestieten vertelden een liefdesverhaal. De honden huilden in hun kennels. Een paar dames steken de neuzen even bij elkaar en daar een wazig groepje cannabis. Een jakhals jankte in de verte. Een vogel kraste in het bos. De waarheid hulde zich in donkere kleren en de callgirls verdienden hun geld voor de studie. Eenzaam stond ik tussen twee vriendinnen op het Japanse bruggetje boven de vijver dat uiteraard versierd was met lampionnen.
Lees vervolg in blog: ‘Avonturen in Nigeria (10)’