Oorlogsvers 4  

                                        XXVIII

Foto  School Kharkov

Een reeks lichtflitsen aan de horizon. Boem, Boem.
De Russen gooien meer raketten in de strijd.
Daar overlijdt weer een pakket Oekraïners. Een stad
stort in, zo win je wel voordat je een stad in rijdt.
Ondertussen valt een stukje uit mijn tand. Iemand
wordt aangerand. In Texas met een AR-geweer
gaat een idioot te keer. Krijg het heen-en-weer.
De kernwapens moeten de wereld uit.

WO I, Otto Dix

                                          XXIX

Veel nieuwe namen, Severodonetz wordt weggeveegd.
Lysytsansk valt. Valt nog niet. Valt. Twee Sumivechters
op de mat. Een zeker wankel evenwicht;
Zo vrezen wij de escalatie naar de rode lijn -die
er niet is’, zegt Kissinger met zijn gewicht – komt dichterbij.
Op ’t Hollands Nieuws verzwijgen wij de oorlog meer.
Want hoe gevaarlijker, temeer de kop in’t zand.
We zijn nu aangeland bij: ‘Wie vertrouw je nog in ’t land?’

Vertrouwen wordt geschaad. De korenschuur wordt
ingezet. 600.000 ton van ’t Oekraïnisch graan gejat. Staat
daar de hongerman klaar met zijn zeis? Wees wijs Poetin,
Ga naar de onderhandelingstafel voordat de wereld
je daartoe dwingt. Je Pyhrusoverwinning zingt
je toch het graf wel in. En langzaamaan, van overzee
komt zwaarder geschut nu aan; gaan we daar naar toe.

                                     XXX

Een bloederige duif ligt dood op de stoep.
Met mijn voet schuif ik hem in het struikgewas.
Hij is omringd door veren. Was het de kat?
Of een verdwaalde buizerd in de buurt? Rood
open ligt het vlees, ik vrees Poetin heeft het
nog niet gezien; misschien …. Welnee, kijk Zelenski
aan het front. Wij zien de brokken en gebouwen
naakt met hun zwarte gaten de lucht in staren.
Na het gedreun valt de stilte in. Een vogel zingt
Hoe loopt dit af? Dit is een leergedicht. Apologie;
Apostille, kanttekening; naschrift. Apocalyps.

                                     XXXi

Waar slaat, enzovoort, apostille op? Nou nergens.
Behalve dat je er mee bezig bent. Nou beste vent,
Het leven ondanks oorlog gaat dagelijks door.
Hoor het gerommel van het dagelijks geschut.
En weinig nieuws van ’t front, behalve dat
er zwaar gevochten wordt. Veel doden. Wel 100
Oekraïners iedere dag. De Russen tellen we niet mee.
Is dat niet droevig dan? WELNEE. Natuurlijk wel.

                                    XXXII

En deze oorlog is voorwaar, zo lijkt het wel,
Een hel maar toch nog ouderwets.
Raketten. drones, dat is wel nieuw
maar ABC is nog niet ingezet. Wel dreigend.
Totale vernietiging speelt op de achtergrond.
Klinkt uit de mond van Poetin en ik denk terstond:
‘’ Onverantwoordelijke klootzak’’, maar vergis je niet
Van dit allooi lopen er meer rond. De atoomklok tikt.

Je realiseert je dat er altijd oorlog was. Ergens.
In Nergensland. Enkele in het hoofd gegrift.
Wenn wird man je verstehen, 
zong Dietrich eens
Ik zet het op, weemoedig met een stem wat hees.
Sag mir wo die Blumen sein, daar klinkt een lied.
Je ziet een film. De slag bij Salamis, bij  Waterloo.
De kat ligt te leven. Lui beest, je bent erbij geweest.
Niks nieuws onder de zon, alleen meer energie.

                                         XXXIII

En welk plaatje toegevoegd? Van Otto Dix uit W.O.1?
Alweer van kapotgeschoten flats? Gebouwd in de Sovjettijd.
De strijd gaat door, nu aan de grens van Donbasland.
Duurt het nog lang?  Jawel, maar
dit gedicht roept om een eind. Der Feind hört mit.
Als je dat maar beseft. We gaan. dit oorlogsvers
niet tot het eind uitzingen.
En déjeuner sur ‘l herbe voegen we ook toe, het toont
nog meer hoe dwaas een oorlog is.


Plaats een reactie