Wat me verbaast in het publieke domein is het volgende. En lezer, ’t zou me niet verwonderen als het ook jou verbaast. Neem nu als voorbeeld de kwestie van de wereldvoetbalorganisatie FIFA die we toch tot het global World publieke terrein kunnen rekenen. Die organisatie werd geleid door een gekozen voorzitter die telkens werd herkozen en toen …………. , toen is de voorzitter opnieuw herkozen en daarna afgetreden. Na 17 jaar. Daar sta ik dan van te kijken. Allemachtig, over regeringen denk je nog wel eens na maar over de FIFA toch minder. Ineens echter blijkt er een organisatie te zijn waar regeringen naar luisteren. Brood en spelen en de keizer, dat ging onder de Romeinen ook samen. Zelf heb ik ook gevoetbald, nog in het studentenelftal van Utrecht en we werden nog een tijdje door Hans Kraay getraind. Moeilijk voorstelbaar nu.
Laten we de FIFA, ook in de toekomst, maar in de gaten houden.
’t Voetbal wordt al te populair en dreigt veel te verstikken. Daarom ben ik zo blij dat in de Verenigde Staten football, basketbal en honkbal de opkomst van het soccer nog wat tegenhouden en hoop dat het pingpong in China blijft domineren. O Canada, koester je ijshockey. Zweden, vergeet je rendierwedstrijden niet. Spanje, blijf flamengo dansen. Stierengevechten? Want wij houden van variatie. En laten ze in Afrika maar veel sporten ontwikkelen. Niet te hard lopen met het voetbal. Van ’t spel houd ik, maar olala, de overdreven verering, de macht er omheen, de bobo’s kortom en toch, ’t hoort er ook bij. Wij zijn gevangen in de grootheid. ‘Groots en meeslepend.’ ?
De Tour de France? De karavaan trekt weer voorbij. Ik heb me laten vertellen dat Maarten ’t Hart heeft gezegd: ’Ik kijk er graag naar. Al die mooie landschappen in Frankrijk. Maar waarom rijden er toch steeds zoveel fietsers door het beeld?’