Bloemen

Een nieuwe lente en een oud geluid

’t Is voorjaar en bloemennamen komen in je kop.
Sereia, sering, hoe heet die witte ook alweer?
Ah, sneeuwklokje, ’t gaat in je hoofd te keer
En op  ‘t bekende pad zie je de crocus keer op keer.

Maar and’re namen kun je niet meer vinden.
’t Lijkt of ze verzwinden in een duister niets.
Die gele struik die heel vroeg bloeit, je kent haar goed.
Stookt zonder naam een veenbrand in ’t gemoed.

Maar dan ineens verschijnt ze plotseling in de memorie,
Verdorie! Dat ik deze naam vergeten was, ’t is kras.
Ze zat altijd gebeiteld in mijn hoofd.

Daar is ze weer; was zeker eventjes verdoofd.
Een straat was in mijn jeugd naar haar vernoemd.
Nu zoemt de naam weer door mijn hoofd; de Gouden Regen.

De naam herzien

Je haalt de dingen door elkaar, ’t is raar,
Je denkt niet meer aan bloemen
En dan pats, schiet in je hoofd,
De toverhazelaar.

Dát was de bloemennaam
Waar je naar zocht.
De Gouden Regen, o.k.
Maar waar komt die vandaan?

De naam.
O.k, de Gouden Regenlaan.
Daar bloeide toverhazelaar.

En gouden regen,
Is dat een bloemennaam?
Waan in je kop?

Een nieuwe lente en een nieuw geluid

Ach Bas de Beer, daar ben ik weer.
Je schreef, Forsythia is de naam van ’t geel
Dat in het voorjaar in de tuin verschijnt.
Geen Toverhazelaar, geen Gouden Regen?

Ik kan er nauwelijks meer tegen, de namen
lopen door elkaar. En inderdaad Forsythia.
Een nieuwe lente en een nieuw geluid
Dat is van Gorter, erbarmelijk gebruik
door Hiddema, de tweede man van …………..

‘k Waardeer die man, maar politicus?
Zijn speech was zoo, zoo, hoe het te zeggen.
Zoo vreemd, zoo god mag weten wat, wel scherp
en venijnig? Moeilijk te weerleggen?

Te slim zoals hij altijd weer wil zijn. WIJN EN AZIJN.
Wij hebben het over de Forsythia, weldra
bloeien hier nog meer bloemen. Duizend bloemen.
En ook met F.voor D. zullen we ons verzoenen.


Plaats een reactie